Op deze pagina kunt u de opname beluisteren van de erediensten. en de orde van dienst zodat u de dienst thuis kunt volgen
omdat er geen beeld wordt meegezonden staat hieromder de orde vandienst zoals is aangeleverd door de predikant.
U kunt nu de dienst volgen en de liederen opzoeken in uw liedboek
Liturgie voor de 3e zondag van het veertigdagenproject 2023
Orde van dienst 19 maart 2023
Garrelsweer, 9.30 uur
Lectoren: Nico en Marjelle Schutter
Pianist: Nel Vreeling
Mededelingen kerkenraad
Uitleg schikking
Vandaag de kleur geel.
Toen de Israëlieten in de woestijn klaagden dat ze dorst of honger hadden, zorgde God voor water of brood. Dit is verbeeld in de schikking. Blauwe Druifjes verbeelden het water. Het Gipskruid verbeeldt het Manna, het brood dat God gaf in de woestijn. De grote groene bladeren lijken zo brood en water te geven. Zoals God Zijn volk niet in de steek liet maar hen water en brood gaf. Jezus vergelijkt zichzelf met levend water. Hij is ook het brood dat leven geeft doordat Hij zijn leven voor ons gaf. Zo groot is Gods trouw.
Lied 121: 1, 3, 4 (Ik sla mijn ogen op en zie)
Stil gebed, votum en groet
Gebed
Tien geboden (bewerking)
Lied – Opwekking 687: Heer, wijs mij Uw weg
https://www.youtube.com/watch?v=35qcb4QIdJI
Deuteronomium 8: 1-6
Vergeet in voorspoed de HEER niet
81Leef alle geboden die ik u vandaag voorhoud strikt na. Dan zult u in leven blijven, in aantal toenemen en het land dat de HEER uw voorouders onder ede heeft beloofd, binnengaan en het in bezit nemen. 2Denk aan de tocht die de HEER, uw God, u door de woestijn heeft laten maken, veertig jaar lang. Hij wilde u laten buigen voor zijn macht en u op de proef stellen, om te ontdekken wat er in uw hart leefde: gehoorzaamheid aan zijn geboden of niet. 3Hij hééft u voor zijn macht laten buigen: Hij liet u honger lijden en gaf u toen manna te eten, voedsel dat u nooit eerder had gezien en uw voorouders evenmin. Zo maakte Hij u duidelijk dat een mens niet leeft van brood alleen, maar van alles wat de mond van de HEER voortbrengt. 4Veertig jaar lang raakten uw kleren niet versleten en zwollen uw voeten niet op. 5Laat ieder van u dan beseffen dat de HEER, uw God, u tuchtigt zoals een vader zijn kind. 6Leef daarom zijn geboden na door de weg te volgen die Hij u wijst en door ontzag voor Hem te tonen.
Gebed om verlichting met de Heilige Geest
Gele Bundel lied 86: Je hoeft niet bang te zijn
1 Je hoeft niet bang te zijn
Al gaat de storm tekeer.
Leg maar gewoon je hand
in die van onze Heer.
2 Je hoeft niet bang t zijn
als oorlog komt of pijn.
De Heer zal als een muur
rondom je leven zijn.
3 Je hoeft niet bang te zijn
al gaan de lichten uit.
God is er en Hij blijft
als jij je ogen sluit.
Kinderen naar de kindernevendienst
Eerste Schriftlezing: Exodus 15: 22 – 16: 8
Israël in de woestijn op de proef gesteld
22Van de Rietzee ging Israël in opdracht van Mozes weer verder, de woestijn van Sur in. Drie dagen trokken ze door de woestijn zonder water te vinden. 23Toen kwamen ze in Mara. Het water van Mara konden ze echter niet drinken, zo bitter was het; vandaar ook dat die plaats Mara heet. 24Het volk begon zich bij Mozes te beklagen. ‘Wat moeten we drinken?’ zeiden ze. 25Mozes riep de HEER aan, en de HEER wees hem op een stuk hout. Toen hij dat in het water gooide, werd het zoet.
Daar in de woestijn gaf de HEER hun wetten en regels, en daar stelde Hij hen op de proef. 26
Hij zei: ‘Als jullie de woorden van de HEER, jullie God, ter harte nemen, als jullie doen wat goed is in zijn ogen en al zijn geboden en wetten gehoorzamen, zal Ik jullie met geen van de kwalen treffen waarmee Ik Egypte heb gestraft. Ik, de HEER, ben het die jullie geneest.’
27Hierna kwamen ze in Elim, een plaats met twaalf waterbronnen en zeventig dadelpalmen. Daar sloegen ze bij het water hun tenten op.
161Vanuit Elim trok het hele volk van Israël weer verder. Op de vijftiende dag van de tweede maand na hun vertrek uit Egypte bereikten ze de woestijn van Sin, die tussen Elim en de Sinai ligt. 2-3Daar in de woestijn begon het volk zich opnieuw te beklagen. ‘Had de HEER ons maar laten sterven in Egypte,’ zeiden ze tegen Mozes en Aäron. ‘Daar waren de vleespotten tenminste gevuld en hadden we volop brood te eten. U hebt ons alleen maar naar de woestijn gebracht om ons hier allemaal van honger te laten omkomen.’
4De HEER zei tegen Mozes: ‘Ik zal voor jullie brood uit de hemel laten regenen. De mensen moeten er dan elke dag op uit gaan om net zo veel te verzamelen als ze voor die dag nodig hebben. Daarmee stel Ik hen op de proef: Ik wil zien of ze zich aan mijn voorschriften houden. 5Op de zesde dag moeten ze tweemaal zo veel verzamelen en klaarmaken als op de andere dagen.’ 6Hierop zeiden Mozes en Aäron tegen de Israëlieten: ‘Vanavond nog zult u inzien dat de HEER zelf u uit Egypte heeft geleid, 7en morgen, in de ochtend, zult u de majesteit van de HEER zien. Hij heeft gehoord hoe u zich beklaagt. Dat is tegen Hem gericht, want wie zijn wij dat u zich bij ons zou beklagen?’ 8Mozes vervolgde: ‘Vanavond zal de HEER u vlees te eten geven, en morgenochtend zult u volop brood hebben, want de HEER heeft uw geklaag gehoord. Dat is immers tegen Hem gericht en niet tegen ons – want wie zijn wij?’
Lied 806: 1, 2 en 3 (Zomaar te gaan met een stok in je hand)
Tweede Schriftlezing: Matteüs 4: 1-11
Jezus in de woestijn
41Daarna werd Jezus door de Geest meegevoerd naar de woestijn om door de duivel op de proef gesteld te worden. 2Nadat Hij veertig dagen en veertig nachten had gevast, had Hij grote honger. 3Toen kwam de beproever naar Hem toe en zei: ‘Als U de Zoon van God bent, beveel die stenen dan in broden te veranderen.’ 4Maar Jezus gaf hem ten antwoord: ‘Er staat geschreven: “De mens leeft niet van brood alleen, maar van ieder woord dat klinkt uit de mond van God.”’ 5Vervolgens nam de duivel Hem mee naar de heilige stad, zette Hem op het hoogste punt van de tempel 6en zei tegen Hem: ‘Als U de Zoon van God bent, spring dan naar beneden. Want er staat geschreven: “Zijn engelen zal Hij opdracht geven om U op hun handen te dragen, zodat U uw voet niet zult stoten aan een steen.”’ 7Jezus antwoordde: ‘Er staat ook geschreven: “Stel de Heer, uw God, niet op de proef.”’ 8De duivel nam Hem opnieuw mee, nu naar een zeer hoge berg. Hij toonde Hem alle koninkrijken van de wereld in al hun pracht 9en zei: ‘Dit alles zal ik U geven als U zich voor mij neerwerpt en mij aanbidt.’ 10Daarop zei Jezus tegen hem: ‘Ga weg, Satan! Want er staat geschreven: “Aanbid de Heer, uw God, vereer alleen Hem.”’ 11Daarna liet de duivel Hem met rust, en meteen kwamen er engelen om Hem te dienen.
Lied 539: 1, 2, 3, 4, 5 (Jezus, diep in de woestijn)
Overdenking
Lied: Nog één rivier (Matthijn Buwalda)
https://www.youtube.com/watch?v=LicRfVAyHWg
Kinderen komen terug
Projectlied
Geel van de zon de warmte die je nodig hebt,
het licht voor jou en mij: het donker gaat voorbij.
Dank- en voorbeden
Lied 939: 1, 2 en 3 (Op U alleen, mijn licht, mijn kracht)
Zegenbede
Gezongen amen
Speciaal aangevraagde erediensten