E-mail
weergegeven: 1-3 van 3 resultaten

Liturgie kerk Garrelsweer

Als vanwege de temperatuur of andere reden de kerkdienst gehouden wordt in de zalen achter de kerk vindt U hier de liturgie.

Als u nu op de link klikt krijgt u verbinding met kerkomroep op een aparte pagina. U kunt nu in de balk boven in beeld schakelen tussen de uitzending en deze pagina

Liturgie Garrelsweer

Liturgie voor de dienst op 17 maart 2024 Garrelsweer

Muziek voor de dienst, orgel of pianospel

Mededelingen, Liturgische schikking

Jezus laat Lazarus opstaan uit de dood. Een voorbode van hoe wij eens allemaal zullen opstaan uit de dood. Herboren zullen we zijn als nieuwe mensen. Vandaar een schikking in de vorm van een cirkel. Een cirkel heeft immers geen einde zoals het leven geen einde zal hebben. Roze bloemen steken uit de krans. Roze herinnert aan pasgeboren baby’s. Net zo onschuldig en gaaf en nieuw zullen wij eens weer zijn. Uit liefde voor ons.

Zingen: Psalm 121 Ik sla mijn ogen op en zie. Couplet 1 en 4

Votum

NLB 657 couplet 1 en 3 Zolang wij ademhalen

Gebed

Eindigend op. Daarom vragen wij U, blijf met Uw genade bij ons.

Zingen Blijf met uw Genade bij ons NLB 256 in het Nederlands. Een keer voorspelen en een keer zingen.

Gebed

Eindigend op. Daarom vragen wij U, blijf met Uw genade bij ons.

Zingen Blijf met uw Genade bij ons NLB 256 in het Nederlands. Een keer voorspelen en een keer zingen.

Gebed

Eindigend op. Daarom vragen wij U, blijf met Uw genade bij ons.

Zingen Blijf met uw Genade bij ons NLB 256 in het Nederlands. Een keer voorspelen en een keer zingen.

Amen.

Heer Uw Licht en uw liefde schijnen  /  In beeld Gele Bundel 155

Laten horen: https://youtu.be/pDZPSWAHuew?feature=shared

Heer, uw licht en uw liefde schijnen,

waar U bent zal de nacht verdwijnen.

Jezus, Licht van de wereld, vernieuw ons.

Levend Woord, ja uw waarheid bevrijdt ons.

Schijn in mij, schijn in mij.

Refrein:

Kom Jezus kom,  vul dit land met uw heerlijkheid.

Kom Heil’ge Geest, stort op ons uw vuur.

Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard’ vervullen.

Spreek, Heer uw woord dat het licht overwint.

Heer, ‘k wil komen in uw nabijheid.

Uit de schaduwen in uw heerlijkheid.

Door het bloed mag ik U toebehoren.

Leer mij, toets mij, uw stem wil ik horen.

Schijn in mij, schijn door mij.

Refrein:

Kom Jezus kom,  vul dit land met uw heerlijkheid.

Kom Heil’ge Geest, stort op ons uw vuur.

Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard’ vervullen.

Spreek, Heer uw woord dat het licht overwint.

Staan wij oog in oog met U Heer.

Daalt uw stralende licht op ons neer.

Zichtbaar, tastbaar wordt U in ons leven.

U volmaakt wie volkomen zich geven.

Schijn in mij, schijn door mij.

Refrein:

Kom Jezus kom,  vul dit land met uw heerlijkheid.

Kom Heil’ge Geest, stort op ons uw vuur.

Zend uw rivier, laat uw heil heel de aard’ vervullen.

Spreek, Heer uw woord dat het licht overwint.

Gebed

Thema

Zingen uit Alles wordt nieuw

Kinderen naar de nevendienst

Handelingen 13:15-33
15 Na de voorlezing uit de Wet en de Profeten werd hun namens de leiders van de synagoge gezegd: ‘Broeders, als u voor de mensen een bemoedigend woord hebt, ga dan uw gang.’ 16 Paulus stond op en gebaarde dat hij wilde spreken. Hij zei: ‘Israëlieten en alle anderen die God vereren, luister naar wat ik u te zeggen heb. 17 De God van het volk van Israël heeft onze voorouders uitverkozen; Hij heeft hen, toen ze als vreemdelingen in Egypte woonden, groot en machtig gemaakt. Met opgeheven arm heeft Hij onze voorouders weggeleid uit Egypte, 18 en ongeveer veertig jaar lang heeft Hij hen in de woestijn geduldig verdragen. 19 In Kanaän roeide Hij zeven volken uit, en hun land gaf Hij in bezit aan onze voorouders. 20 Dit alles vond plaats in ongeveer vierhonderdvijftig jaar. Vervolgens stelde Hij rechters aan, die heersten tot de tijd van de profeet Samuel. 21 Daarna vroeg het volk om een koning, en God gaf hun Saul, de zoon van Kis, een man uit de stam Benjamin, die veertig jaar regeerde. 22 Toen stootte God hem van de troon en maakte David koning, van wie Hij getuigde: “In David, de zoon van Isaï, heb Ik een man naar mijn hart gevonden, die geheel naar mijn wil zal handelen.” 23 En uit Davids nageslacht heeft God, overeenkomstig zijn belofte, een redder voor Israël voortgebracht, Jezus. 24 Voor zijn komst had Johannes het hele volk van Israël opgeroepen om zich te laten dopen en tot inkeer te komen. 25 Toen zijn levenswerk ten einde liep, heeft Johannes gezegd: “Wie jullie denken dat ik ben, ben ik niet. Maar let op: na mij komt iemand anders, en ik ben het niet waard om zelfs maar zijn sandalen los te maken.”
26 Volksgenoten, nakomelingen van Abraham, en ook u allen die God vereert, ons werd het nieuws over deze redding bekendgemaakt. 27 De inwoners van Jeruzalem en hun leiders hebben niet alleen Jezus miskend, maar ook de uitspraken van de profeten die elke sabbat worden voorgelezen. Door Jezus te veroordelen hebben ze deze uitspraken in vervulling doen gaan. 28 Ofschoon ze geen enkele grond voor een doodvonnis konden vinden, drongen ze er bij Pilatus op aan Hem terecht te stellen. 29 Toen ze alles ten uitvoer hadden gebracht wat er over Hem geschreven staat, haalden ze Hem van het kruishout en legden Hem in een graf. 30 Maar God heeft Hem opgewekt uit de dood; 31 gedurende ettelijke dagen is Hij verschenen aan degenen die met Hem van Galilea naar Jeruzalem waren getrokken en die nu onder het volk van Hem getuigen. 32 Wij verkondigen u het goede nieuws dat God zijn belofte aan onze voorouders 33 in vervulling heeft doen gaan ten behoeve van hun kinderen – ten behoeve van ons – doordat Hij Jezus tot leven heeft gewekt. Daarover staat in de tweede psalm geschreven: “Jij bent mijn Zoon, Ik heb Je vandaag verwekt.” (NBV21)

Zingen Psalm 89 couplet 1

Evangelie volgens Johannes 11: 32-53

32 Zodra Maria op de plek kwam waar Jezus was en Hem zag, viel ze aan zijn voeten neer. Ze zei: ‘Als U hier was geweest, Heer, zou mijn broer niet gestorven zijn!’ 33 Jezus zag hoe zij en de Joden die bij haar waren weeklaagden, en Hij ergerde zich. Diep bewogen 34 vroeg Hij: ‘Waar hebben jullie hem neergelegd?’ Ze zeiden: ‘Kom maar kijken, Heer.’ 35 Jezus begon te huilen, 36 en de Joden zeiden: ‘Wat heeft Hij veel van hem gehouden!’ 37 Maar er werd ook gezegd: ‘Hij heeft de ogen van een blinde geopend, Hij had nu toch ook de dood van Lazarus kunnen voorkomen?’ 38 Weer ergerde Jezus zich. Hij liep naar het graf, een spelonk met een steen voor de opening. 39 Hij zei: ‘Haal de steen weg.’ Marta, de zus van de dode, zei: ‘Maar Heer, de stank! Hij ligt er al vier dagen!’ 40 Jezus zei tegen haar: ‘Ik heb je toch gezegd dat je Gods grootheid zult zien als je gelooft?’ 41 Toen haalden ze de steen weg. Daarop keek Hij omhoog en zei: ‘Vader, Ik dank U dat U Mij hebt verhoord. 42 U verhoort Mij altijd, dat weet Ik, maar Ik zeg dit ter wille van al deze mensen hier, opdat ze zullen geloven dat U Mij gezonden hebt.’ 43 Daarna riep Hij luid: ‘Lazarus, kom naar buiten!’ 44 De dode kwam tevoorschijn, zijn handen en voeten in linnen gewikkeld, en zijn gezicht bedekt door een doek. Jezus zei tegen de omstanders: ‘Maak de doeken los, en laat hem gaan.’
45 Veel Joden die naar Maria toe gekomen waren en gezien hadden wat Jezus deed, kwamen tot geloof in Hem. 46 Maar enkelen gingen naar de farizeeën om hun te vertellen wat Jezus gedaan had. 47 Daarop riepen de hogepriesters en de farizeeën het Sanhedrin bijeen: ‘Wat moeten we doen? Deze man verricht veel tekenen, 48 en als we Hem zijn gang laten gaan, zal iedereen in Hem gaan geloven. Straks grijpen de Romeinen in; dan zullen ze onze tempel en ons volk vernietigen.’ 49 Een van hen, Kajafas, die dat jaar hogepriester was, zei tegen de anderen: ‘Jullie begrijpen het niet! 50 Besef toch dat het in jullie eigen belang is dat één mens sterft voor het hele volk, zodat niet het hele volk verloren gaat.’ 51 Dat zei hij niet uit zichzelf: als hogepriester in dat jaar sprak hij de profetie dat Jezus zou sterven voor het volk, 52 en niet alleen voor het volk, maar ook om de verstrooide kinderen van God bijeen te brengen. 53 Vanaf die dag overlegden ze hoe ze Hem zouden doden. (NBV21)

Zingen Psalm 89 couplet 17

Preek

Zingen: Gele Bundel 143 alle coupletten

1 Op bergen en in dalen, en overal is God!
Waar ik ook heen zou dwalen, ja overal is God;
Waar mijn gedachten zweven of stijgen, daar is God;
Omlaag en hoog verheven, ja, overal is God!  
2 Zijn trouwe Vaderogen zien alles van nabij;
Wie steunt op zijn vermogen, beschermt en zegent Hij.
Hij hoort de jonge raven, bekleedt met gras het dal;
Hij geeft alom zijn gaven, Hij draagt het groot heelal

3 Verlaten mij ook allen, die bij mij blijft, is God! En ook als ik zou vallen of lijd: dichtbij is God! Waar trouwe vriendenhanden niet redden, daar is God! In dood en doodse banden, ja overal is God!

Gebeden

Collecte

Kinderen komen terug

Projectlied

[melodie: Daar juicht een toon]

Hij struikelt achter Jezus aan.

Hij valt soms, maar hij gaat weer staan.

Al snapt Petrus Gods plan niet goed,

hij weet dat hij Jezus volgen moet.

Hij zegt: maar U bent toch Gods zoon!

U moet geen kruis, U moet een kroon!

Ik laat U niet alleen, ik zweer

dat ik voor U zal vechten Heer.

Ach, Jezus sterft. Wat een verdriet.

Maar je raadt nooit wat Petrus ziet:

een open graf. Want Jezus heeft

de dood verslagen en Hij leeft!

Heenzending en zegen met gezongen Amen

Zingen: NLB 425 Vervuld van Uw Zegen

koor kerk Wirdum

Liturgie kerk Wirdum

Als er een kerkdienst in Wirdum gehouden wordt is er bij de uitzending van kerkomroep geen beeld

Als u nu op de link klikt krijgt u verbinding met kerkomroep op een aparte pagina. U kunt nu in de balk boven in beeld schakelen tussen de uitzending en deze pagina

Om toch de dienst te kunnen volgen kunt u hier de liturgie volgen

Orde van Dienst

Liturgie voor de dienst op zondag 21 april 2024

(Wirdum, 9:30 uur)

Aanvangslied:  Psalm 84 vers 1, 3

Votum en Groet; Klein Gloria

Verootmoedigingsgebed

Samenzang:     Psalm 84 vers 4

Leefregel

Samenzang:     Psalm 84 vers 6

Gebed om de Heilige Geest

Evangelielezing: Johannes 21:1-19

1Hierna verscheen Jezus weer aan de leerlingen, nu bij het Meer van Tiberias. Dat gebeurde als volgt. 2Bij het meer waren Simon Petrus en Tomas (dat is Didymus, ‘tweeling’), Natanaël uit Kana in Galilea, de zonen van Zebedeüs en nog twee andere leerlingen. 3Simon Petrus zei: ‘Ik ga vissen.’ ‘Wij gaan met je mee,’ zeiden de anderen. Ze stapten in de boot, maar de hele nacht vingen ze niets. 4Toen het al ochtend werd, stond Jezus op de oever. Maar de leerlingen wisten niet dat het Jezus was. 5Hij riep: ‘Hebben jullie iets te eten, jongens?’ ‘Nee,’ antwoordden ze. 6‘Gooi het net uit aan de rechterkant van het schip,’ riep Jezus, ‘dan lukt het wel.’ Ze wierpen het net uit, en er zat zo veel vis in dat ze het niet omhoog konden trekken. 7De leerling van wie Jezus veel hield zei tegen Petrus: ‘Het is de Heer!’ Zodra Simon Petrus dat hoorde, deed hij zijn bovenkleed aan – want hij was nauwelijks gekleed – en sprong in het water. 8De andere leerlingen kwamen met de boot en sleepten het net vol vis achter zich aan. Ze waren niet ver van de oever, ongeveer tweehonderd el. 9Toen ze aan land kwamen zagen ze een vuurtje met vis erop en brood. 10Jezus zei: ‘Breng ook wat van de vis die jullie daarnet gevangen hebben.’ 11Simon Petrus ging weer aan boord en trok het net aan land. Het zat vol grote vissen, welgeteld honderddrieënvijftig, en toch scheurde het niet. 12Jezus zei tegen hen: ‘Kom, eet iets.’ Geen van de leerlingen durfde Hem te vragen wie Hij was, ze begrepen dat het de Heer was. 13Jezus nam het brood en gaf hun ervan, en Hij gaf hun ook vis. 14Dit was al de derde keer dat Jezus aan de leerlingen verscheen nadat Hij uit de dood was opgestaan.

15Toen ze gegeten hadden, sprak Jezus Simon Petrus aan: ‘Simon, zoon van Johannes, heb je Mij lief, meer dan de anderen hier?’ Petrus antwoordde: ‘Ja, Heer, U weet dat ik van U houd.’ Hij zei: ‘Weid mijn lammeren.’ 16Nog eens vroeg Hij: ‘Simon, zoon van Johannes, heb je Me lief?’ Hij antwoordde: ‘Ja, Heer, U weet dat ik van U houd.’ Jezus zei: ‘Hoed mijn schapen,’ 17en voor de derde maal vroeg Hij hem: ‘Simon, zoon van Johannes, houd je van Me?’ Petrus werd verdrietig omdat Hij voor de derde keer vroeg of hij van Hem hield. Hij zei: ‘Heer, U weet alles, U weet toch dat ik van U houd.’ Jezus zei: ‘Weid mijn schapen. 18Werkelijk, Ik verzeker je, toen je jong was deed je zelf je gordel om en ging je waarheen je wilde, maar wanneer je oud wordt zal een ander je handen grijpen, je je gordel omdoen en je brengen waar je niet naartoe wilt.’ 19Met deze woorden duidde Hij aan hoe Petrus zou sterven tot eer van God. Daarna zei Hij: ‘Volg Mij.’

Samenzang:     Lied 649 vers 1, 2, 5, 6, 7 ‘O Heer, blijf toch niet vragen’

Brieflezing:       1Thessalonicenzen 5:12-24

12Wij vragen u, broeders en zusters, diegenen onder u te erkennen die zich op gezag van de Heer ervoor inzetten u te leiden en terecht te wijzen. 13U moet hun om hun werk veel liefde en respect betonen. Leef in vrede met elkaar. 14Wij sporen u aan, broeders en zusters, iedereen die zijn dagelijks werk verwaarloost terecht te wijzen, de moedelozen hoop te geven, op te komen voor de zwakken, met iedereen geduld te hebben. 15Zie erop toe dat niemand kwaad met kwaad vergeldt en streef altijd naar het goede, zowel voor elkaar als voor ieder ander. 16Wees altijd verheugd, 17bid onophoudelijk, 18dank God onder alle omstandigheden, want dat is wat Hij van u, die één bent met Christus Jezus, verlangt. 19Doof de Geest niet uit 20en heb geen minachting voor profetieën. 21Onderzoek alles, behoud het goede 22en vermijd alle kwaad, in welke vorm dan ook. 23Moge de God van de vrede uw leven geheel en al heiligen, en mogen heel uw geest, ziel en lichaam zuiver bewaard zijn bij de komst van onze Heer Jezus Christus. 24Hij die u roept is trouw en komt zijn belofte na.

Verkondiging

Samenzang:     Lied 655 ‘Zing voor de Heer een nieuw gezang’

Geloofsbelijdenis van Nicea

Samenzang:     Lied 412 vers 4, 6 ‘U, Christus onze Heer, bekleed met Majesteit’

Gebeden

Inzameling van de gaven

Slotzang:          Lied 864 vers 1, 2, 5 ‘Laat ons de Heer lofzingen’

Heenzending en Zegen

Terug